De uitsluiting van jongeren van jobs en opleidingen neemt toe

De toekomst van jongeren op de arbeidsmarkt is onzeker, blijkt uit een nieuw rapport van de Internationale Arbeidsorganisatie.

Persbericht | 9 maart 2020
GENÈVE/BRUSSEL (IAO Nieuws) – Het aantal jongeren dat momenteel niet aan het werk is en geen onderwijs of opleiding volgt (NEET) neemt toe, en jonge vrouwen lopen meer dan twee keer zoveel kans om getroffen te worden als mannen, blijkt uit een nieuw rapport van de Internationale Arbeidsorganisatie (IAO).

Jongeren (15-24 jaar) die een baan hebben, lopen ook een groter risico dan oudere werknemers om hun baan te verliezen als gevolg van automatisering, en degenen met een beroepsopleiding zijn bijzonder kwetsbaar, zo blijkt uit de studie.

Dit weerspiegelt hoe de beroepsspecifieke vaardigheden die in een beroepsopleiding worden aangereikt, sneller achterhaald raken dan de vaardigheden die men aanleert in het algemeen onderwijs. De auteurs roepen op om beroepsopleidingsprogramma's te herzien en te moderniseren, zodat deze een antwoord bieden op de veranderende eisen van de digitale economie.

Het rapport Global Employment Trends for Youth (GET Youth 2020) laat zien dat het aantal NEET-jongeren aan het stijgen is. In 2016 waren er 259 miljoen NEET-jongeren, hun aantal is gestegen tot naar schatting 267 miljoen in 2019 en zal naar verwachting blijven stijgen tot 273 miljoen in 2021. Ook procentueel gezien is er sprake van een opwaartse trend: van 21,7 procent in 2015 naar 22,4 procent in 2020.

Van de 1,3 miljard jongeren wereldwijd worden er 267 miljoen als NEET geclassificeerd. Twee derde, of 181 miljoen van de NEET-jongeren zijn vrouwen. In Europa en Noord-Amerika is de genderkloof in de NEET-cijfers het kleinst.

"Te veel jongeren in de wereld missen de boot van onderwijs en de arbeidsmarkt, wat hun vooruitzichten op lange termijn kan schaden en uiteindelijk de sociale en economische ontwikkeling van hun land kan ondermijnen", aldus Sangheon Lee, directeur van de afdeling werkgelegenheidsbeleid van de IAO. "Maar de redenen waarom ze NEET worden, variëren enorm. De uitdaging zal erin bestaan een evenwicht te vinden tussen de flexibele aanpak die nodig is om deze jongeren te bereiken en het krachtige beleid en de maatregelen die nodig zijn om effect te sorteren. Een 'one-size-fits-all'-aanpak zal niet werken."

Jongeren tonen zich vaak bezorgder over de impact van technologie op de werkgelegenheid. In de Europese Unie gelooft 22% van de jongeren tussen 15 en 24 jaar dat hun huidige job volledig of grotendeels door een robot of kunstmatige intelligentie kan worden gedaan, tegenover 17% van volwassenen.

Zelfs in de rijkere Europese landen zijn nieuwe vormen van werk - vaak minder zekere vormen van werk voor jongeren - de laatste jaren in opmars, als gevolg van de uitbreiding van de gig- of platformeconomie.

De slechte kwaliteit van sommige banen van jongeren manifesteert zich in onzekere arbeidsomstandigheden, een gebrek aan juridische en sociale bescherming en beperkte mogelijkheden qua opleiding en loopbaanontwikkeling.

Het rapport toont aan dat jongeren die hogere studies hebben afgewerkt, minder kans hebben om hun baan te verliezen door automatisering. Zij worden echter met andere problemen geconfronteerd omdat de snelle toename van het aantal jongeren met een diploma in de beroepsbevolking de vraag naar gediplomeerde arbeidskrachten heeft overtroffen, waardoor de lonen van afgestudeerden gedaald zijn.